Tiempo - Spaans woord van de Week
Me falta tiempo! 24 uur per dag lijkt deze week niet genoeg te zijn, ik heb behoefte aan dagen van 30 uur ;-) Vandaar mijn keuze voor 'tiempo' als woord van de week.
'Tiempo' heeft twee verschillende betekenissen:
- tijd, tijdje, poos
- weer (deze zal ik later behandelen)
- me falta tiempo = ik kom tijd tekort
- el tiempo dirá = de tijd zal het leren
- el tiempo no pasa por Usted = u ziet er nog steeds even jong uit
- el tiempo es oro = tijd is geld
- el tiempo urge = de tijd dringt
- a un tiempo = tegelijkertijd
- a su tiempo maduran las uvas = alles op zijn tijd
- al mismo tiempo = tegelijk, gelijktijdig
- andar con el tiempo = met zijn tijd meegaan
- cuánto tiempo sin verle! = wat heb ik u lang niet gezien!
- dar tiempo al tiempo = (rustig) afwachten
- en tiempos pasados = vroeger
- en los últimos tiempos = de laatste tijd
- hace tiempo = een tijd geleden
- tener tiempo de sobra = alle tijd hebben
- tomarse tiempo para = de tijd nemen om te
- ya es tiempo de = het wordt tijd om
- ya no da tiempo = er is geen tijd meer voor
Zo hier laat ik het bij. Puedes complementar esta lista, cuando tienes tiempo de sobra!
Reacties
Een reactie posten